FC2: Scherm 3A: Stap 1A: Observeer en raadpleeg signalenlijst

Stap 1: Breng signalen in kaart

Voortgang

1.Observeer en raadpleeg signalenlijsten

Je hebt een vermoeden, een signaal opgevangen of iemand laat doorschemeren dat er iets niet goed zit in de relatie tussen een kind en een gastouder/collega werkzaam binnen de kinderopvangorganisatie. Vermoedens zijn er in uiteenlopende gradaties. Meestal zullen er ongewenste omgangsvormen van een collega naar een kind gesignaleerd worden. Het constateren van misbruik kan echter ook voorkomen. Stel de houder altijd direct op de hoogte van twijfels. Je hoeft zelf geen afweging te maken. Het is wel belangrijk dat je de signalenlijsten raadpleegt en dat je documenteert wat is waargenomen.

Niet in alle gevallen waarin beroepskrachten menen dat er niet goed met kinderen wordt omgegaan door een gastouder/collega, is er sprake van een mogelijk geweld- of zedendelict. Desondanks mag niet aan deze signalen voorbij worden gegaan en moet onderzocht worden wat er bij het kind wordt gesignaleerd.